Europees podium

Deze week barst het EK Indoor Atletiek 2025 los in ons eigen Omnisport Apeldoorn. De komende dagen strijden de beste atleten van Europa hier om de medailles. En wij mogen dat als gaststad van dichtbij meemaken. Dat is echt bijzonder: de laatste keer dat het EK in Nederland plaatsvond, was in 1989, in Den Haag. En nu dus in Apeldoorn. Het zegt alles over het belang en de positie van Omnisport als internationale sporttempel!

Maar dit EK is meer dan alleen topsport. De afgelopen maanden is onze hele stad in beweging gekomen met allerlei evenementen. Scholen deden mee aan atletiek-clinics. Er waren sportdagen op het Marktplein. En ondernemers sloten aan met mooie acties. We wilden niet alleen een internationaal toernooi huisvesten, maar vooral ook onze eigen inwoners laten meegenieten en meebewegen. En dat is gelukt!

In de hele stad is het te merken. In de enthousiaste vrijwilligers die klaarstaan om bezoekers te ontvangen. In de sprintende kinderen op het Marktplein of rondom Omnisport, popelend om lid te worden van een atletiekvereniging. Apeldoorn laat zien dat we niet alleen een fantastische plek zijn voor topsport, maar ook een stad waar sport lééft. Dat vind ik prachtig om te zien. Want waar sport leeft, komen mensen samen, brengen ze samen iets tot stand. En daar gaat het uiteindelijk allemaal om.

Waar het natuurlijk de komende dagen vooral om gaat: genieten van topsport. Van de sfeer in de sportarena. Van al die atleten die alles opzij zetten voor één doel: een plaatsje op dat Europese podium. En dat podium, dat staat dus nu gewoon in Apeldoorn!  

Donderdag is de openingsceremonie. En ja, ik heb de afgelopen week stiekem geoefend op de naam van de president van de Europese Atletiekunie: de heer Karamarinov. Ik wil natuurlijk niet struikelen over zijn naam, voor het oog van heel Europa….

Ik hoop dat u ook geniet van het EK en van alle feestelijke evenementen in de stad die erbij horen. En als u erbij bent, in Omnisport: moedig de atleten luidkeels aan! Zodat niet alleen te zien, maar ook te horen is waarom Apeldoorn deze eer dubbel en dwars verdient.

Ton Heerts