Conceptverzoek

Bij grotere afwijkingen bieden wij een tussenfase aan na de beoordeling van het conceptverzoek en vóór het indienen van een officiële aanvraag omgevingsvergunning. Wij noemen dit ook wel conceptverzoek fase 2.

Hoe groter de afwijking is, des te zwaarder gemotiveerd zal moeten worden dat er sprake is van een evenwichtige toedeling van functies aan de locatie. Dit wordt gedaan in een ruimtelijke onderbouwing met de daarbij behorende onderzoeken. In deze tussenfase worden de onderzoeken beoordeeld en zal de ruimtelijke onderbouwing worden opgesteld en beoordeeld.

Ter voorbereiding op het indienen van een complete aanvraag en een soepel lopend proces komen tijdens de tussenfase de volgende zaken aan bod:

• de conclusie van de beoordeling van het wegingsmodel;
• hoe om te gaan met participatie;
• het sluiten van een anterieure overeenkomst (vastleggen van afspraken worden vastgelegd o.a. over ruimtelijke randvoorwaarden, kostenverhaal en nadeelcompensatie);
• of bindend advies van de raad nodig is;
• hoe (indien van toepassing) welstand tegen uw (bouw)plan aankijkt;
• welke omgevingsvergunningen en meldingen u moet aanvragen om uw (bouw)plan te kunnen realiseren;
• welke stukken, zoals (bouw)tekeningen, rapporten en onderzoeken, u onder andere moet aanleveren bij een officiële aanvraag; en
• welke procedure van toepassing is, normaal gesproken is dat de reguliere procedure van 8 weken maar soms de uitgebreide procedure van 26 weken. 

In welke situaties adviseren wij een conceptverzoek?

• Als het blijkt dat uw plan niet past binnen de regels van het Omgevingsplan, of als er een afwijkingsmogelijkheid in het omgevingsplan beschreven staat.
• Bij grote bouwprojecten of complexe plannen.

Wij onderzoeken dan of het plan past binnen de regels van het Omgevingsplan. En zo niet, dan wordt er door diverse disciplines binnen de gemeente gekeken of er voor uw plan mogelijkheden zijn om af te wijken van het Omgevingsplan. Er wordt beoordeelt of uw plan voldoende bijdraagt aan de doelen voor Apeldoorn in 2040. Ook wordt er gekeken welke gegevens, en vergunningen er voor uw (bouw)plan nodig zijn. Als u een omgevingsvergunning voor bouwen nodig heeft, wordt het getoetst aan redelijke eisen van welstand.

Een conceptverzoek is niet bedoeld voor:

• Als u iets gaat bouwen dat vaak voorkomt. Bijvoorbeeld dakkapellen, dakramen, erfafscheidingen, vlaggenmasten, gevel- en kozijnwijzigingen, reclame-uitingen, zonnepanelen op daken, warmtepompen en airco-units.
• Als u iets gaat bouwen wat past binnen de regels van het Omgevingsplan.

Het indienen van een conceptverzoek kan in deze gevallen juist voor vertraging zorgen voordat u daadwerkelijk kunt bouwen. Na een conceptverzoek moet u immers nog een definitieve vergunningaanvraag doen. Terwijl er tijdens de behandeling van de definitieve aanvraag ook mogelijkheden zijn om de aanvraag aan te vullen of aan te passen.

Welke regels gelden op de (bouw)locatie?

Via het landelijke Omgevingsloket kunt u via Regels op de kaart zelf nagaan of uw (bouw)plan en het gebruik past binnen het omgevingsplan van de gemeente Apeldoorn. Kijk hier hoe Regels op de kaart werkt.

Komt u er niet helemaal uit? Maak dan online een (bel)afspraak met het Apeldoorns omgevingsloket. 

Bij een conceptverzoek beoordelen wij of uw (bouw)plan past binnen de regels van het omgevingsplan. Zo niet, dan kijken wij of er mogelijkheden zijn om af te wijken van het omgevingsplan zodat u uw (bouw)plan toch kan realiseren. Een voorwaarde  is dat er sprake moet zijn van een ‘’evenwichtige toedeling van functies aan de locatie’’. Om dit te beoordelen schakelen wij diverse adviseurs in.

Bij grotere afwijkingen laten wij uw verzoek op hoofdlijnen beoordelen door verschillende deskundigen binnen de gemeente Apeldoorn. Zij geven een eerste advies over de haalbaarheid van uw plan. Ook wordt er gekeken welke procedure en vervolgtraject het meest passend is voor uw (bouw)plan.  

Let er wel op dat hoe meer u wilt afwijken van de regels in het omgevingsplan, hoe lastiger het zal zijn om dit te realiseren en des te meer onderzoek nodig zal zijn. Wij adviseren dan ook altijd om zo dicht mogelijk bij de regels te blijven.  

Het conceptverzoek wordt afgesloten met een brief. Daarin wordt beschreven:

• of uw (bouw)plan haalbaar is of welke aanpassingen u moet doen om uw (bouw)plan haalbaar te maken; en
• met welke procedure en vervolgtraject uw (bouw)plan mogelijk gemaakt kan worden. Dit kan zijn:

1. Uw (bouw)plan is vergunningplichtig en past binnen de (afwijkings)regels van het omgevingsplan. U vraagt hiervoor een omgevingsvergunning voor een omgevingsplanactiviteit–bouwen aan. Dit wordt ook wel een OPA-bouwen genoemd. De eventuele afwijking van het omgevingsplan wordt - na uw instemming - automatisch meegenomen.
2. Uw (bouw)plan is vergunningplichtig, maar past niet binnen de (afwijkings)regels van het omgevingsplan. Het is misschien mogelijk uw (bouw)plan te realiseren met een omgevingsvergunning voor een buitenplanse afwijking, mits er sprake is van een ‘evenwichtige toedeling van functies aan de locatie’. Dit wordt ook wel een BOPA genoemd. U vraagt hiervoor een omgevingsvergunning voor een omgevingsplanactiviteit–bouwen aan. De afwijking van het omgevingsplan wordt - na uw instemming - automatisch meegenomen. Om dit verder te kunnen beoordelen, zijn vaak nadere onderzoeken nodig. Bij kleine afwijkingen kan de ruimtelijke onderbouwing en het aantal nadere onderzoeken beperkt blijven. In die gevallen kan na afronding van het conceptverzoek direct worden overgegaan tot een vergunningaanvraag. Bij grotere afwijkingen kennen we een tussenfase tussen het conceptverzoek en het indienen van een officiële aanvraag (BOPA fase 2, zie hieronder). Voor meer informatie zie afwijken van het omgevingsplan.
3. Voor uw (bouw)plan is een wijziging van het omgevingsplan noodzakelijk. Als dit het geval is, dan wordt u gevraagd om participatie met de buurt te organiseren. Participatie wordt bij de besluitvorming betrokken. Afhankelijk van de uitkomst biedt de gemeente u een overeenkomst aan om te kunnen starten met de voorbereidingen voor een wijziging van het omgevingsplan. Voor meer informatie zie afwijken van omgevingsplan.

Doorgaans ontvangt u binnen tien weken duidelijkheid over de kans van slagen van uw (bouw)plan. Bij kleine en eenvoudige afwijkingen zal dit sneller zijn.

Het wegingsmodel biedt u als initiatiefnemer mogelijkheden om af te wijken van de bestaande gemeentelijke regels en normen, op voorwaarde dat uw plan voldoende bijdraagt aan de doelen voor Apeldoorn in 2040. Met het wegingsmodel bieden wij u dus maatwerk bij initiatieven. Er wordt onderscheidt gemaakt tussen initiatieven binnen de stad, de dorpen en het buitengebied. In het wegingsmodel geeft u op basis van zes thema’s aan in welke mate uw plan bijdraagt aan onze ambities. Aan de hand van een puntensysteem beoordeelt de gemeente vervolgens of uw plan kansrijk is of niet.

Hoe werkt het Wegingsmodel?

In het kort komt het hier op neer. U vult het wegingsformulier van het betreffende gebied (stad, dorp of buitengebied) in. Op deze manier krijgt u zelf al een eerste indruk of uw plan mogelijk kansrijk is of niet. En aan welke knoppen u mogelijk nog kunt draaien om uw plan kansrijker te maken in de beoordeling door de gemeente. U stuurt vervolgens het wegingsformulier mee bij uw conceptverzoek in het landelijke Omgevingsloket. Hoe u dit doet, kunt u vinden onder het kopje ‘’Aanvragen’’. De gemeente bekijkt uw conceptverzoek en beoordeelt in welke mate uw plan voldoet aan de Apeldoornse normen en ambities. Als de gemeente vindt dat uw plan voldoende bijdraagt aan de ambities van Apeldoorn 2040 dan ontvangt u van de gemeente een principeakkoord en kunt u verder met de vervolgstappen in het aanvraagproces. Het wegingsmodel kan alleen worden ingezet bij een omgevingsvergunning buitenplanse omgevingsplanactiviteit (BOPA) of bij een wijziging van het omgevingsplan. Lees meer over het wegingsmodel of download het wegingsformulier.

Voor vrijwel alle projecten, groot en klein, geldt dat u er goed aan doet om de buurt en andere belanghebbende vroegtijdig bij uw (bouw)plannen te betrekken. Er zijn verschillende vormen van participatie, dat is afhankelijk van het formaat en de impact van uw (bouw)plan. Bij afwijkingen van het omgevingsplan speelt het participatietraject een belangrijke rol en wordt dit ook bij de besluitvorming betrokken.  

Meer informatie over participatie en hoe dit aan te pakken (met een stappenplan) is te lezen op deze webpagina.

In het landelijke Omgevingsloket kunt u via het tabblad ‘Aanvragen’ een conceptverzoek indienen. U doorloopt de vragen en vult het aanvraagformulier in. Bij  stap 7 kunt u aangeven dat het om een conceptverzoek gaat. Om een conceptverzoek in te dienen heeft u DigiD of eHerkenning nodig.

Een concreet bouwplan? Als u de haalbaarheid van een concreet bouwplan wilt laten beoordelen, vul dan in het landelijk Omgevingsloket bij stap 3 de activiteit ‘bouwactiviteit (omgevingsplan)-aanvraag vergunning’ in. Vul het formulier in en voeg (voor zover mogelijk) de gevraagde bijlagen toe.

Het aftasten van een ontwikkeling? Als het niet direct een concreet bouwplan betreft, maar u wilt aftasten of een ontwikkeling op het perceel mogelijk is, dan vult u in het landelijke Omgevingsloket bij stap 3 de activiteit ‘afwijken regels omgevingsplan’ in. Vul het formulier verder in en voeg de bijlagen toe waaruit duidelijk blijkt waar de aanvraag over gaat.

In beide situaties kunt u bij stap 7 aangegeven dat u de aanvraag wilt indienen als ‘conceptverzoek’. 

Wat levert u aan?

Welke gegevens wij nodig hebben om uw conceptverzoek goed te kunnen beoordelen is afhankelijk van de inhoud van uw verzoek.

Is uw verzoek een initiatief om af te tasten of een herontwikkeling op uw perceel mogelijk is, dan valt te denken aan: 

• een situatietekening met daarop het (bouw)plan ingepast in de omgeving;
• een schetsplan van uw verzoek;
• een toelichting op uw (bouw)plan;
• ingevuld wegingsformulier.

Is uw verzoek meer concreet en wilt u weten hoe welstand en andere deskundigen tegen uw (bouw)plan aankijken, dan zijn nodig:

• een situatietekening;
• ingevuld wegingsmodel;
• bouwkundige ontwerptekeningen van plattegronden, gevels, doorsneden en eventueel principedetails van beeldbepalende elementen. In geval van verbouw, renovatie of transformatie tekeningen van zowel de bestaande als de nieuwe toestand. Bekijk hiervoor de indieningslijst bouwen.

In geval van een monument zult u meer gegevens en tekeningen moeten aanleveren Bekijk hiervoor de indieningslijst wijzigen monument.

Dient u het aanvraag in, maar bent u niet de eigenaar van de gronden? Voeg dan een verklaring bij waarin staat dat de eigenaar akkoord gaat met uw aanvraag omgevingsvergunning.

Wie dient de aanvraag in?

Initiatiefnemer, gemachtigde en iemand machtigen.

Initiatiefnemer (aanvrager)
De initiatiefnemer is de opdrachtgever van het project. Meestal de eigenaar of huurder. Een vergunning komt op naam van de initiatiefnemer en ook zijn de kosten (leges) die de gemeente in rekening brengt voor rekening van de initiatiefnemer. Let op, eenmaal een aanvraag ingediend, dan kunnen wij de tenaamstelling niet meer wijzigen. 

Gemachtigde 
De initiatiefnemer kan iemand machtigen om de aanvraag voor hem te verzorgen. De gemachtigde heeft bijna dezelfde rechten als de initiatiefnemer van het project. Zoals aanvragen en meldingen indienen, aanvragen aanvullen en intrekken en nieuwe aanvragen starten vanuit het project. Als bij een aanvraag een gemachtigde is betrokken, dan communiceert de gemeente tijdens de behandeling van de aanvraag met de gemachtigde. Het uiteindelijke besluit wordt gestuurd naar de gemachtigde én de initiatiefnemer.

Hoe kunt u iemand machtigen in het Omgevingsloket
Dat doet u in het landelijk Omgevingsloket. U kunt een persoon of organisatie machtigen. Dat doet u door een deelnemer toe te voegen aan het project. En die deelnemer de rol 'gemachtigde' te geven.

Situatie 1: de initiatiefnemer start de aanvraag en wil iemand machtigen
Log in op 'Mijn Omgevingsloket'

• Klik op de naam van het project waar u een deelnemer aan wilt toevoegen.
• Onder 'Mijn projecten' klikt u op de knop 'Deelnemers'.
• Klik op 'Voeg deelnemer toe'.
• Vul het e-mailadres in van de persoon of organisatie die u wilt machtigen.
• Kies de rol 'Gemachtigde'.
• Klik op de knop 'Verstuur activatiecode'.
• De gemachtigde logt vervolgens in op 'Mijn Omgevingsloket'.
• De gemachtigde klikt op ‘activatiecode invoeren’ en vult de ontvangen activatiecode in.
• De gemachtigde is toegevoegd aan het project.

Situatie 2: de gemachtigde kan de aanvraag ook opstarten

De gemachtigde moet dan nog wel de initiatiefnemer toevoegen. Dat moet vóórdat de aanvraag wordt ingediend. Anders komt de aanvraag én de tenaamstelling van de legesnota op naam van de gemachtigde. Let op, eenmaal ingediend, kan het niet meer gewijzigd worden.

• Log in op 'Mijn Omgevingsloket'.
• De gemachtigde maakt een project aan.
• Onder 'Mijn projecten' klikt u op de knop 'Deelnemers'.
• Klik op 'Voeg deelnemer toe'.
• Vul het e-mailadres in van de persoon of organisatie die u wilt machtigen.
• Kies de rol ' Initiatiefnemer'.
• Klik op de knop 'Verstuur activatiecode'.
• Als de initiatiefnemer de activatiecode heeft ingevuld, wordt u automatisch de gemachtigde van het project.

Let op: Bij een het doen van een aanvraag of melding moet u uw contactgegevens delen. Zo kan de gemeente contact met u opnemen over uw aanvraag of melding. Zorg ervoor dat de e-mailadressen en telefoonnummers correct worden vermeld.

Het indienen en laten behandelen van een conceptverzoek brengt kosten met zich mee. Hoeveel, is afhankelijk van het type aanvraag conceptverzoek. Voor de behandeling van een conceptverzoek van een concreet (bouw)plan waarvoor een Buitenplanse afwijking (BOPA) nodig is, en dat betrekking heeft op de gevallen zoals genoemd in Bijlage 2 tabel 1 of tabel 2 van de Legesverordening 2025, rekenen wij 10% van het legesbedrag zoals dat voor een definitieve aanvraag van toepassing zou zijn, met een minimumbedrag van € 200,-. Buitenplanse afwijkingen (BOPA) die niet overeenkomen met de gevallen genoemd in Bijlage 2 tabel 1 of tabel 2 van de legesverordening 2025, worden in twee fasen beoordeeld. Voor fase 1 (quickscan) wordt een vast bedrag van € 1.725,- in rekening gebracht.

Voor een conceptverzoek met tussenfase (BOPA fase 2) rekenen wij nogmaals 10% van de geldende leges bij een definitieve aanvraag, waarbij geen maximum van toepassing is.

Voor conceptverzoeken van alle overige activiteiten buiten een BOPA, wordt 10% van de geldende leges bij een definitieve aanvraag gerekend, met een totaal minimumbedrag van € 200,- en een totaal maximumbedrag van € 1.725,-. Zijn voor uw (bouw)plan meerdere activiteiten nodig, bijvoorbeeld een omgevingsplanactiviteit en een Buitenplanse afwijking (BOPA fase 1), dan zijn de genoemde tarieven per activiteit verschuldigd. Dit maximumbedrag per activiteit van toepassing. In totaal is er altijd een minimumbedrag van € 200,- verschuldigd.

Voor het in behandeling nemen van een conceptverzoek voor het wijziging van het Omgevingsplan is € 1.725.- verschuldigd. De kosten voor de wijziging van het Omgevingsplan zelf hangen af van het doel van de wijziging en de hoogte van de bouwkosten. Zie de tarievenregeling betaalplannen voor de tarieven om het omgevingsplan te wijzingen. Houdt er rekening mee dat er naast deze tarieven voor het wijzingen van een Omgevingsplan nog andere kosten bijkomen, zoals kosten voor onderzoek, bovenwijkse voorzieningen en omgevingsvergunningen

Bekijk hiervoor de Legesverordening. Klik in de inhoudsopgave op ‘Tarieventabel, behorende bij legesverordening’ en ga naar Hoofdstuk 2: Dienstverlening en besluiten in het kader van de Omgevingswet.

Deze leges worden bij de officiële aanvraag verrekend, mits deze binnen een jaar na afronding van het omgevingsoverleg in behandeling is genomen én de officiële aanvraag is gebaseerd op het eerdere conceptverzoek. Dit geldt echter niet voor de leges die in rekening zijn gebracht voor een conceptverzoek wijziging Omgevingsplan, deze worden niet verrekend.