Graslandplanten in Apeldoorn
Fotograaf: Erik Gorter
Graslandplanten in Apeldoorn

In deze atlas hebben we de planten ingedeeld op basis van hun belangrijkste groeiplaats. Graslandplanten zijn een belangrijke groep in Nederland. Je vindt ze op allerlei plekken, zoals weides, graslanden, bossen, bermen en duinen.

Graslandplanten

Graslandplanten vormen de basis van graslanden. Vanaf een afstandje lijken graslanden soms saai en met veel dezelfde soorten. En dat is vaak ook zo. Maar als een grasland op een goede manier beheerd wordt, kan het ook een heel biodivers ecosysteem zijn. Dit betekent dat er veel verschillende soorten planten en dieren voorkomen. 

Planten krijgen hun energie door fotosynthese. Van energie uit zonlicht, water en CO2  maakt de plant suikers en zuurstof. Dit proces vindt plaats in groene bladeren. Planten kun je op verschillende manieren in groepen indelen. Een paar bekende groepen zijn bomen en struiken, zaadplanten, varens, vleesetende planten, waterplanten en mossen. De bekendste groep planten zijn de zaadplanten. Hun bloemen zijn opvallende geslachtsorganen. De mannelijke delen hiervan zijn de meeldraden met stuifmeel. Het vrouwelijke deel is de stamper. Als het stuifmeel in de stamper komt, vindt bestuiving plaats. Na de bestuiving wordt een zaadje gevormd waaruit weer een plant kan groeien. Veel planten hebben insecten nodig voor de bestuiving. Insecten brengen het stuifmeel van de ene bloem over op de stamper van een andere bloem. Andere planten zijn windbestuivers: als zij hun stuifmeel loslaten, voert de wind het mee naar andere bloemen. 

Rietorchis
Rietorchis. Fotograaf: Michiel Visch
Rietorchis
Rietorchis in Apeldoorn. Bron: NDFF (met toestemming BIJ12 voor publicatie op hogere nauwkeurigheid).

Rietorchis

De rietorchis (Dactylorhiza praetermissa) is een paarse orchidee. Meestal heeft deze orchidee ongevlekte bladeren. Maar sommige rietorchissen hebben donkere vlekken in de vorm van een ring op hun bladeren. Deze hebben ook een ander honingmerk in de bloem. Dat is een patroon in de bloem dat het insect wijst waar de nectar zit. De gevlekte rietorchis heeft krachtige donkerpaarse lijntjes en streepjes in de vorm van een lus. De gewone rietorchis heeft vooral stipjes en korte lijntjes. Het is een meerjarige plant met ondergrondse knollen. Hij bloeit vanaf juni. De zaden van deze orchidee kiemen waarschijnlijk het beste op grond waar al andere orchideeën op groeien. Deze planten hebben namelijk speciale bodemschimmels nodig. Als er andere orchideeën groeien, zijn deze schimmels aanwezig.

Voorkomen
De rietorchis komt in heel Nederland voor. De rietorchis groeit goed op zonnige, vochtige plekken met zure tot kalkrijke grond. In Apeldoorn vind je ze in het Beekbergerwoud, Park Zuidbroek en Landgoed Woudhuizen. Als je in Park Zuidbroek de wandelpaden volgt, heb je grote kans dat je hem ziet in de natte delen van het park.

Bedreigingen en kansen
Het is voor de rietorchis belangrijk dat de grond niet te verzuurd raakt of te veel bemest wordt. Ook is het niet goed als er te veel planten op de bodem groeien. Voor de plant is het goed als er in zijn leefgebied zo min mogelijk dieren voorkomen. Er moet op het juiste moment gemaaid worden met machines die niet te zwaar zijn. Anders drukken ze de bodem platter. Dan ontstaat een laag waar niks meer door heen gaat.

Terug naar alle graslandplanten Terug naar startpagina Natuuratlas

Echte koekoeksbloem
Echte koekoeksbloem. Fotograaf: Ruud Knol
Echte koekoeksbloem
Echte koekoeksbloem in Apeldoorn. Bron: NDFF (met toestemming BIJ12 voor publicatie op hogere nauwkeurigheid).

Echte koekoeksbloem

De echte koekoeksbloem (Silene flos-cuculi) wordt ongeveer een halve meter hoog en heeft een stevige stengel met dunne bladeren. De bloem bloeit vanaf mei. De bloembladeren zijn opvallend licht paars. Ze lijken een beetje op de bloemen van de korenbloem. Het lijkt wel alsof de blaadjes iets zijn opengescheurd. De plant is familie van de anjer en dat zie je vooral aan de stengel en de bladeren.

Voorkomen
Van nature is de echte koekoeksbloem een weidebloem. Hij staat het liefst in nat hooiland op zand of veen. Op klei en heel droge delen van het land vind je hem bijna niet. De beste plek om een echte koekoeksbloem te zien in Apeldoorn is aan de oostkant van het kanaal. Op de helling naast een vijver of in lage velden zoals in Park Zuidbroek.

Bedreigingen en kansen
Het aantal echte koekoeksbloemen is afgenomen doordat de weilanden te veel gebruikt werden. Voor de echte koekoeksbloem is het belangrijk dat de grond niet te droog, te zuur of te veel bemest is. Dat kan als weiland minder gebruikt wordt. En als de stand van het grondwater omhoog gaat.

Terug naar alle graslandplanten Terug naar startpagina Natuuratlas

Engels gras
Engels gras. Fotograaf: Jacob Ruijter
Engels gras
Engels gras in Apeldoorn. Bron: NDFF (met toestemming BIJ12 voor publicatie op hogere nauwkeurigheid).

Engels gras

Engels gras (Armeria maritima) is geen gras maar een meerjarige plant. Deze bloeit vanaf mei en tot de herfst. Hij heeft meestal roze bloemen, maar soms zijn ze ook rood of bijna wit. Zijn bladeren lijken op gras, vandaar zijn naam. De bladeren zijn maar één tot vijf millimeter breed en hebben een middennerf die aan de onderkant uitsteekt. De plant wordt tussen de vijf en vijftig centimeter hoog. Deze soort wordt ook gekweekt als sierplant voor in de tuin.

Voorkomen
Engels gras houdt van een zoute bodem op een zonnige en droge plek. Je ziet hem vooral op groene stranden en langs zeedijken en hoge, zandige kwelders. Een kwelder is een stuk grond dat begroeid is en direct aan zee ligt. De plant komt veel voor op de Waddeneilanden. Langs de kust en in het Deltagebied in Zeeland vind je hem maar weinig. Omdat de plant tegen zout kan, groeit hij ook in zandige bermen langs wegen. bijvoorbeeld langs de autowegen op de Veluwe. In Apeldoorn vind je de soort aan de zuidkant bij de op- en afritten van de A1 en langs de snelweg zelf. Vooral tijdens de bloei, in het begin van mei, kleuren de bermen hier geheel roze.

Bedreigingen en kansen
In Nederland is er steeds minder Engels gras omdat er minder zout water aanwezig is dan vroeger, het IJsselmeer is bijvoorbeeld zoet water geworden. In het binnenland, zoals op de Veluwe, is er juist meer Engels gras bijgekomen. Dat komt door het zout dat op wegen wordt gestrooid.

Terug naar alle graslandplanten Terug naar startpagina Natuuratlas

Pinksterbloem
Pinksterbloem. Fotograaf: John Mulder
Pinksterbloem
Pinksterbloem in Apeldoorn. Bron: NDFF (met toestemming BIJ12 voor publicatie op hogere nauwkeurigheid).

Pinksterbloem

De pinksterbloem (Cardamine pratensis) is een vaste plant. Hij kan ongeveer een halve meter hoog worden. Deze soort bloeit in het voorjaar. Het hoogtepunt van de bloei is rond eind april. En niet met Pinksteren zoals je door zijn naam misschien zou verwachten. Zijn bloem is meestal lila van kleur maar ook wit of roze. De plant heeft vlak boven de grond een bladrozet. Dat betekent dat de bladeren van de plant dicht op elkaar in een kring groeien. Zijn stengel is hol en rond.

Voorkomen
De pinksterbloem komt overal in Nederland voor, vooral bij beekdalen en gebieden met laagveen. Daar groeit hij op vochtig grasland dat weinig mest heeft gekregen. Maar er zijn wel steeds minder pinksterbloemen. Vroeger kleurden veel weilanden helemaal lila als de pinksterbloem bloeide. Maar omdat het weiland veel meer gebruikt wordt, tref je de soort daar bijna niet meer aan. Nu zie je hem vaak aan de kant van de sloot. Ook komt de plant voor op grasvelden. Maar daar komt hij vaak niet tot bloei omdat er te veel gemaaid wordt. In Apeldoorn kom je de pinksterbloem tegen in het buitengebied aan de oostkant van de stad. Binnen de bebouwde kom vind je hem op grasvelden van de gemeente en in de tuinen van mensen.

Bedreigingen en kansen
Ecologisch beheer van greppels en slootkanten kan er voor zorgen dat de pinksterbloem blijft en kan uitbreiden. Ecologisch beheer betekent dat bij het onderhouden van een stuk grond de planten en dieren die van nature op een plek voorkomen centraal staan. We kunnen de pinksterbloem helpen door grasvelden en tuinen niet te vroeg in het voorjaar te maaien.

Terug naar alle graslandplanten Terug naar startpagina Natuuratlas

Rapunzelklokje
Rapunzelklokje. Fotograaf: Jacob Ruijter
Rapunzelklokje
Rapunzelklokje in Apeldoorn. Bron: NDFF (met toestemming BIJ12 voor publicatie op hogere nauwkeurigheid).

Rapunzelklokje

Het rapunzelklokje (Campanula rapunculus) is een plant uit de klokjesfamilie. Het is een slanke plant met heldere klokjes. Zijn bloemen zijn paars van kleur en hebben de vorm van een trechter. De stengels zijn licht behaard. Het rapunzelklokje wordt 40 tot 80 centimeter hoog. Hij bloeit tussen mei en augustus. Het is een tweejarige tot meerjarige plant. Vroeger aten mensen de wortel van het rapunzelklokje. Leuk weetje: het sprookje Raponsje van de gebroeders Grimm is genoemd naar het rapunzelklokje. Als je de plant rechtop zet, lijkt die op het rokje dat Rapunzel in het sprookje droeg.

Voorkomen
Het rapunzelkokje staat het liefst op een zonnige plek op zandgrond met veel kalk. Bijvoorbeeld op de dijken van rivieren, in bermen of op grasland. De soort komt in Apeldoorn op verschillende plekken voor. Onder meer bij de ringweg en langs het talud bij de A50.

Bedreigingen en kansen
Voor deze soort is het belangrijk dat er op ecologische wijze gemaaid wordt. Dat betekent dat bij het onderhouden van een stuk grond de planten en dieren centraal staan die van nature op een plek voorkomen. Wat het rapunzelklokje helpt, is dat de gemeente deze soort inzaait. Als de bermen op ecologische wijze beheerd worden, kan het rapunzelklokje uitbreiden.

Terug naar alle graslandplanten Terug naar startpagina Natuuratlas

Zandblauwtje
Zandblauwtje. Fotograaf: Jan Hof
Zandblauwtje
Zandblauwtje in Apeldoorn. Bron: NDFF (met toestemming BIJ12 voor publicatie op hogere nauwkeurigheid).

Zandblauwtje

Het zandblauwtje (Jasione montana) is een fijn bloemetje. Hij houdt van zandgrond, vandaar zijn naam. Op die grond valt het lichtblauwe bolletje van de plant goed op. Als je er een ziet, dan zie je er meer. Het plantje is zo’n 20 centimeter lang. Uit een polletje groeien vaak meerdere stengels recht omhoog. De bladeren bij de voet van de steel zijn behaard en hebben de vorm van een ei. Direct daarboven worden de blaadjes langwerpig en dun. Op het eerste gezicht kun je het niet goed zien, maar het zandblauwtje hoort bij de klokjesfamilie. Als je het bolletje met de bloemetjes uit elkaar rafelt, zie je de klokvorm wel.

Voorkomen
Het zandblauwtje vind je op grond met weinig voedingsstoffen, vooral op de droge zandgronden en in de duinen. Deze plant houdt van droge en warme zomers. Dan groeien er op de zandgronden minder andere planten. Hierdoor heeft het zandblauwtje meer ruimte om te kiemen. Kiemen betekent dat het zaadje gaat uitlopen. In de buurt van Apeldoorn vind je de soort vooral op de heischrale graslanden van de Veluwe. Heischraal betekent dat er grassen, kruiden en kleine struiken groeien op arme, zure grond. Ook in Apeldoorn zelf kan je hem vinden, vooral op de hoek van de Zutphensestraat en de Lupineweg.

Bedreigingen en kansen
Voor het zandblauwtje is het belangrijk dat er niet te veel stikstof neerdaalt. Daardoor groeien zandgronden dicht met mos. De zaden van het zandblauwtje hebben dan niet genoeg ruimte om de minerale grond te bereiken. Dit is de plek waar de zaadjes kiemen.

Terug naar alle graslandplanten Terug naar startpagina Natuuratlas

Grasklokje
Grasklokje. Fotograaf: Ruud Knol
Grasklokje
Grasklokje in Apeldoorn. Bron: NDFF (met toestemming BIJ12 voor publicatie op hogere nauwkeurigheid).

Grasklokje

Het grasklokje (Campanula rotundifolia) is een vaste plant. Hij wordt tussen de vijf en vijftig centimeter hoog en heeft blauwe bloemen in de vorm van een klok. Hij bloeit vanaf de zomer tot in de late herfst. De bladeren van de stengels zijn langwerpig van vorm. De bladeren van het wortelrozet zijn juist rond en hebben een hartvormige voet. Een wortelrozet bestaat uit bladeren die vlak boven de grond dicht op elkaar in een kring groeien.

Voorkomen
De plant is sinds 2017 niet meer beschermd. Het grasklokje houdt van droge en zonnige plekken die begroeid zijn met gras. Het gras moet niet te hoog zijn en niet veel bemest worden. Het grasklokje komt daarom vooral voor in bermen. In de gemeente Apeldoorn vind je het grasklokje op de Veluwe en in de stad langs de paden van de begraafplaats Soerenseweg.   

Bedreigingen en kansen
Het grasklokje komt veel voor, maar sinds 1950 zijn er wel steeds minder. Dit komt vooral doordat het grasland te veel bemest werd. Als de bermen op ecologische wijze beheerd worden, kan het grasklokje uitbreiden. Ecologisch beheer betekent dat bij het onderhouden van een stuk grond de planten en dieren die van nature op een plek voorkomen centraal staan.   

Terug naar alle graslandplanten Terug naar startpagina Natuuratlas

Grote ratelaar
Grote ratelaar. Fotograaf: Jan Hof
Grote ratelaar
Grote ratelaar in Apeldoorn. Bron: NDFF (met toestemming BIJ12 voor publicatie op hogere nauwkeurigheid).

Grote ratelaar

De grote ratelaar (Rhinanthus angustifolius) is een bijzondere plant. Hij profiteert van andere planten. Zijn wortels halen het water en de mineralen die hij nodig heeft uit de wortels van andere planten. Het is wel een groene plant, dus hij heeft bladgroen en kan zelf zorgen voor zijn energie en groeistoffen. De bloemen van deze plant zijn geel met een donkerpaarse lip. Die zie je alleen als je van dichtbij kijkt. Als de bloemen uitgebloeid zijn, komen er zaden in de bloemtrossen. Als je hier een beetje aan schudt maken ze een ratelend geluid. Hieraan dankt de grote ratelaar zijn naam.

Voorkomen
De grote ratelaar komt voor op natte tot vochtige grond met veel voedingsstoffen. Je vindt de soort in hooilanden, bermen en op dijken. Verder staat de grote ratelaar ook langs waterkanten. In Apeldoorn vind je hem in nieuwbouwwijken en stadsparken, vooral in het gras langs het water. Als de planten in bloei staan, vormen ze daar mooie gele vlakken.

Bedreigingen en kansen
Het aantal grote ratelaars is sinds 1950 afgenomen. De weilanden werden te veel gebruikt. Wel wordt de soort nu regelmatig gezaaid. Ook in Apeldoorn is dat gebeurd. De plant is populair bij beheerders omdat hij gebruikmaakt van de wortels van gras. De plant zorgt er zo voor dat er minder gras groeit. Hierdoor is er meer plaats voor andere bloemplanten, zoals orchideeën. Het zijn eenjarige planten: als het gras gemaaid wordt voordat de planten zaden hebben gemaakt, dan kan de grote ratelaar er snel verdwijnen.

Terug naar alle graslandplanten Terug naar startpagina Natuuratlas

  

Brede wespenorchis
Brede wespenorchis. Fotograaf: Ruud Knol
Brede wespenorchis
Brede wespenorchis in Apeldoorn. Bron: NDFF (met toestemming BIJ12 voor publicatie op hogere nauwkeurigheid).

Brede wespenorchis

De brede wespenorchis (Epipactis helleborine) is een orchidee. Hij heeft bladeren in de vorm van een ovaal en kan zo’n 80 centimeter hoog worden. Het is een vaste plant. Hij is groen van kleur en heeft bloemetjes die niet opvallen. Daardoor zien mensen hem niet zo gauw. De kleur van de bloemen verschilt. Aan de buitenkant zijn ze groen met daarbij lila, roze, geel of wit. De brede wespenorchis bloeit van juli tot oktober.  

Voorkomen
De plant komt overal in Nederland voor en er zijn er steeds meer van. Hij houdt van zanderige bodems langs struiken en bosranden. Hij groeit vaak op plekken waar mensen iets hebben aangelegd. Zoals op boswegen, waar bosgrond gemengd is met zand of gruis van schelpen of stenen. Ook vind je de soort binnen de bebouwde kom in parken en plantsoenen. In Apeldoorn vind je de brede wespenorchis in parken, plantsoenen en villawijken met bos. Zelfs op plekken met veel brandnetel kan je de brede wespenorchis vinden.

Bedreigingen en kansen
Echte bedreigingen zijn er eigenlijk niet voor de brede wespenorchis.

Terug naar alle graslandplanten Terug naar startpagina Natuuratlas

Uw Reactie
Uw Reactie